Verduurzamingsstrategieën voor open leermaterialen
Steeds meer docenten maken, delen en hergebruiken open leermaterialen. In veel gevallen start dit met een project, al dan niet
Unesco heeft 23 april uitgeroepen tot ‘World Book and Copyright Day’. Ter ere van deze dag besteedt de zone Naar digitale (open) leermaterialen aandacht aan de auteursrechten van video als digitaal leermateriaal. Met deze blog brengen we de auteursrechtelijke aspecten bij het gebruik van video in kaart.
Steeds meer docenten gebruiken (educatieve)video’s in hun onderwijs. Denk aan kennisclips, instructievideo’s, weblectures, animaties en documentaires. Deze soorten videoleermaterialen vallen allemaal onder de brede definitie van leermaterialen:
‘Creatief werk ingezet voor onderwijsdoeleinden, zoals teksten, afbeeldingen, geluid of video, die digitaal beschikbaar zijn. Dit zijn materialen die docenten aanbieden aan een student of materialen die de student zelfstandig vindt en gebruikt bij de studie.’ (SURF, 2021)
De animatie van onze zone geeft je binnen drie minuten nóg meer basisinformatie over open, semi-open en gesloten digitale leermaterialen. Bekijk de animatie hiernaast.
De animatie van onze zone geeft je binnen drie minuten nóg meer basisinformatie over open, semi-open en gesloten digitale leermaterialen. Bekijk de animatie hiernaast.
Het gebruik van videoleermateriaal in het onderwijs heeft veel voordelen, zo blijkt uit onderzoek. De toevoeging van video aan onderwijs leidt tot iets betere leerresultaten volgens het onderzoek van Noetel et al (2021). Als het consequent gebruikt wordt als aanvulling op bestaand onderwijs leidt het tot een sterkere verbetering van de leerresultaten. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat studenten meer controle hebben over hun cognitieve belasting. Zij kunnen video’s bekijken in hun eigen tempo en naar behoefte met de functies pauzeren, terugspoelen, versnellen en vertragen. Daarnaast kunnen docenten de cognitieve belasting beter optimaliseren door video’s te bewerken.
Eén van de nadelen van het gebruik van video als leermateriaal is dat het produceren op maat vaak een tijdrovende en intensieve onderneming is. Vandaar dat in de praktijk vaak bestaande video’s worden hergebruikt ter ondersteuning van lessen. Ook ontbreekt het soms aan interactie bij video als leermateriaal, alhoewel er wel degelijk mogelijkheden zijn om die interactie te verbeteren. Denk aan een flipped classroom setting: thuis video’s bekijken en in de collegezalen dieper in gaan op de materie. Ook kun je studenten betrekken door ze via een pop-up in de video keuzes voor te leggen.
Een gouden regel op het internet is: het auteursrecht berust bij de auteur, tenzij anders vermeld. De auteur beslist als enige over het gebruik en toepassing van de werken die hij of zij heeft gecreëerd. Wanneer het middels een licentie beschikbaar is gesteld, mag je het gebruiken zolang je de betreffende licentievoorwaarden in acht neemt. Veelvoorkomende licentievoorwaarden zijn bron- en naamsvermelding, die zijn onder andere opgenomen in de licentie Creative Commons.
Er zijn verschillende zoekmachines waarin je kan filteren op licentievoorwaarden, zoals de zoekmachines CC Search en Google.nl. Ook zijn er collecties waar je als docent of student gratis toegang tot hebt zonder rekening te houden met de regels en/of excepties. De volgende sites zijn reeds te gebruiken:
Voor ander auteursrechtelijk beschermde digitale leermaterialen in het hoger onderwijs geldt een ruimere regeling, ook wel de onderwijsexceptie genoemd. Kort gezegd komt het erop neer dat je auteursrechtelijk werk zonder toestemming mag gebruiken als toelichting bij het onderwijs – maar wel onder bepaalde voorwaarden. Als tegemoetkoming treffen in het hoger onderwijs de Vereniging Hogescholen, de VSNU of de instelling zelf regelingen met de organisaties van auteursrechthebbenden. Ten aanzien van videomateriaal wordt deze uitzondering als volgt verwoord:
‘Vrijwel alle hogescholen en universiteiten maken gebruik van video- en tv-beelden. Dit is zonder toestemming toegestaan als het gaat om gebruik van video en tv als ondersteuning van het onderwijs en de vertoning deel uitmaakt van het schoolwerk- of leerplan. Dit geldt ook voor videobeelden van bijvoorbeeld YouTube. (onderwijs&auteursrecht, 2021)
Je mag videomateriaal gedeeltelijk of in zijn geheel gratis vertonen zonder toestemming, onder de volgende voorwaarden:
Het is mogelijk om videomateriaal via elektronische leeromgevingen (ELO) te tonen, zoals Canvas of Brightspace, mits hierover schriftelijk afspraken zijn gemaakt met de rechthebbende(n).
Bij de onderwijsexceptie zijn andere toepassingen dan bekijken of vertonen (zoals het downloaden, kopiëren of bewerken van bestaande video’s) niet toegestaan. Dat kan namelijk botsen met de intentie van de auteur. Vandaar dat hiervoor meestal toestemming van de maker nodig is.
Bekende uitzonderingen hierop zijn citaatexceptie (waar o.a. bronvermelding vereist is) en het gebruik van een embedded link of hyperlink. Dit laatstgenoemde is het doorlinken naar het oorspronkelijke videomateriaal die je in feite ‘insluit’ op je eigen webpagina. Hierbij download of upload je niets, en maak je geen kopie. Een minder bekende uitzondering is het streamen van content. Dit is namelijk is ook zonder voorafgaande toestemming toegestaan, aangezien het materiaal niet wordt gedownload of bewerkt.
Meer weten over onderwijsplatformen voor video’s? Houd dan onze website in de gaten. Het tweede deel van deze blog publiceren we in juli. Of schrijf je in voor onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van ontwikkelen rond digitale (open) leermaterialen.
Neem ook eens een kijkje op de volgende pagina’s:
Referentie
Noetel, M., Griffith, S., Delaney, O., Sanders, T., Parker, P., del Pozo Cruz, B., & Lonsdale, C. (2021). Video Improves Learning in Higher Education: A Systematic Review. Review of Educational Research, 91(2), 204–236. https://doi.org/10.31234/osf.io/kynez
Deel deze pagina
Steeds meer docenten maken, delen en hergebruiken open leermaterialen. In veel gevallen start dit met een project, al dan niet
Het speelveld van digitale leermaterialen is complex en kent verschillende belanghebbenden zoals uitgevers en instellingen. Tussen 2012 en 2020 voerde SURF
Werken met open leermaterialen heeft meer impact op een instelling dan alleen op docenten en het onderwijsproces. Heeft jouw instelling
Relatie leermateriaal en leeruitkomsten Stel: je bent docent bij de bachelor Pedagogische wetenschappen. Je wilt peer feedback organiseren binnen je